Jullie hebben een hart voor ZOA, waarom?
“We vinden het belangrijk om wat voor een ander te doen. De letters ZOA staan voor Zuidoost-Azië, maar voor ons staan ze ook voor: Zorg Om Anderen. ‘Geeft jullie hen te eten’, is een blijvende Bijbelse opdracht van onze Heere Jezus. Wij hebben het hier goed. Dat hebben we ook altijd aan onze kinderen meegegeven. De collecte was een onderdeel van het gezin: iedereen hielp mee. Onze kinderen zijn er zelfs door gevormd. Eén van hen heeft bijvoorbeeld in Albanië gewoond.”
Wat vinden jullie zo leuk aan collecteren?
“In de beginjaren moesten we zelf veel promoten, dat was niet zo leuk. Gelukkig wordt dit nu veel meer landelijk opgepakt. Het was vaak heel gezellig om met collectanten om te gaan en het gaf zelfs een kick om ze te motiveren om er helemaal voor te gaan. We vonden bewustwording van de situatie van mensen in nood heel belangrijk; geld is niet altijd de belangrijkste factor om een collecte te organiseren.”
Welke herinnering zal je altijd bijblijven?
“Eén van onze collectanten ging naar een flatgebouw en kreeg geld van een hogere verdieping toegeworpen. Hij moest een poosje zoeken naar de munt! En eens haalden we zelf een spandoek weg boven een winkelstraat, na 23.00 uur. We wilden de brandweer niet onnodig bevragen. Foke ging mee om de lange ladder vast te houden. Staat er ineens een agent achter ons te brommen: ‘Wat is dat hier midden in de nacht?’ Foke wees naar mij en zei geschrokken: ‘Hij altijd met z’n gekke ideeën.’ Het liep goed af en we konden erom lachen, maar het was wel de laatste keer: die gekkigheid.”
Hebben jullie tips voor nieuwe organisatoren?
“Allereerst: nieuwe wijkhoofden en collectanten blijven nodig! Het wordt moeilijker om vrijwilligers te vinden, terwijl ZOA zich niet overbodig heeft kunnen maken. In de jaren tachtig werd gesproken over 12,5 miljoen vluchtelingen en nu zijn dat er al 83 miljoen. Het leed gaat maar door. Onze tips zijn: begin op tijd met organiseren en verdeel de taken goed. Reclame op televisie en radio werken verder erg goed. Mensen zeiden: ‘Hé ZOA, daar hebben we wat van gezien op tv.''